Fusion-Bonded Epoxy Coatings Awwa C213 Standaard
Fysische eigenschappen van epoxypoedermaterialen
Soortelijk gewicht bij 23℃: minimaal 1,2 en maximaal 1,8
Zeefanalyse: maximaal 2,0
Geltijd bij 200 ℃: minder dan 120s
Straalreiniging
Blanke stalen oppervlakken dienen te worden gestraald volgens SSPC-SP10/NACE nr. 2, tenzij anders aangegeven door de koper. Het straalankerpatroon of de profieldiepte dient 38 µm tot 102 µm te zijn, gemeten volgens ASTM D4417.
Voorverwarmen
De gereinigde buis moet worden voorverwarmd tot een temperatuur van minder dan 260℃. De warmtebron mag het oppervlak van de buis niet verontreinigen.
Dikte
Het coatingpoeder wordt op de voorverwarmde buis aangebracht met een uniforme uithardingslaagdikte van minimaal 305 μm (12 mils) aan de binnen- of buitenkant. De maximale dikte mag niet meer bedragen dan 406 μm (16 mils), tenzij anders aanbevolen door de fabrikant of gespecificeerd door de koper.
Optionele epoxy-prestatietests
De koper kan aanvullende tests specificeren om de prestaties van epoxy te bepalen. De volgende testprocedures, die allemaal moeten worden uitgevoerd op testringen voor productiebuizen, kunnen worden gespecificeerd:
1. Porositeit van de dwarsdoorsnede.
2. Porositeit van het grensvlak.
3. Thermische analyse (DSC).
4. Permanente rek (buigzaamheid).
5. In water laten weken.
6. Gevolgen.
7. Kathodische onthechtingstest.